Pesten aanpakken: Stap 2: Weet waar je moet zijn!

Nu we weten dat we iets kunnen doen tegen pesten is het tijd voor de volgende stap. Wij gaan met elkaar in gesprek. Wat zijn de problemen waar je tegen aanloopt? Welke veranderingen zou je graag willen stimuleren? Draag je dit initiatief alleen of is er sprake van een echte betrokkenheid vanuit een groep mensen.

Soms is het nodig om stil te zijn bij de kosten die pesten met zich meebrengen. Veel mensen denken nu eenmaal (noodgedwongen) vanuit hun positie, in financiële bedragen. Dan is het zaak om inzichtelijk te maken wat pesten de organisatie precies kost. Er is altijd sprake van een zekerheid: Pesten oplossen levert de organisatie altijd meer op dan dat het kost.  En dus zeker niet alleen financieel.

Dan is het tijd om de situatie in de ogen te gaan kijken. Geen verkoopcijfers, geen valse verwachtingen, maar de situatie werkelijk nemen zoals die voor je ligt. Dus ja er is een tekort aan mankracht. En ja er is geen geld voor dit soort projecten. Er is te weinig betrokkenheid vanuit ouders. Wij bevinden ons in een achterstandswijk. Etc.

Geen knollen voor citroenen meer!

De vraag is: Hoe benut je de krachten in het veld? Er zijn altijd meer krachten aanwezig dan we denken. En hoe meer krachten er spelen des te belangrijker is het om er goed bij stil te staan.

Stap 1 was Iets Doen. Stap 2: Weet waar je moet zijn.

In mijn onderzoek naar beschikbare middelen ben ik geschrokken van de veelheid aan informatie die beschikbaar is over pesten. De aanwezige informatie is rommelig en onoverzichtelijk en heel vaak onjuist.

Het is dus zaak om duidelijk voor ogen te hebben waar je wel en waar je niet terecht kunt. 2 voorbeelden:

Voorbeeld 1

Je aanpak begint bij het doel dat je jezelf stelt. Als je doel bijvoorbeeld is om het pestgedrag bij jou op school de kop in te drukken dan vind je van alles om je daarbij te helpen. Maar punt 1: Je doelstelling is heel erg subjectief. Punt 2: Je neemt organisaties in de arm die zelf hun werk maken van mensen te woord staan die niet weten waar ze moeten beginnen. Het resultaat is altijd teleurstellend. Het enige positieve is het pragmatische gevoel dat je krijgt van ‘wij zijn actief in de aanpak van pesten’.

Voorbeeld 2

Staatssecretaris Dekker heeft geprobeerd om samen met de aanwezige expertisecentra een lijn te trekken in organisaties die resultaat hebben met hun aanpak van pesten. Echter de gestelde criteria zijn subjectief (zie ook https://pestenstoptnu.wordpress.com/2015/01/26/staatssecretaris-dekker-de-pestkop-is-niet-het-probleem/).
Wat we missen is dat we met elkaar nog niet hebben vastgesteld: Wanneer we kunnen concluderen dat pesten werkelijk is gestopt. 

Het begint met een inventarisatie door een organisatie die dit krachtenveld begrijpt. Het kost tijd en aandacht om te zien waar het probleem precies ontstaat. Tegelijkertijd begrijpen we allemaal dat als we geen aandacht hebben (gehad) voor het pestprobleem er ruimte kan ontstaan waarin pesten op allerlei manieren door de organisatie heen kan (of heeft kunnen) vertakken.

Plaats een reactie